powrprof.dll.mui Helper-DLL-bestand voor energieprofiel 61d630edaaa8a8d826bee1f1ae5c3de7

File info

File name: powrprof.dll.mui
Size: 66048 byte
MD5: 61d630edaaa8a8d826bee1f1ae5c3de7
SHA1: af0c22c75a5757b4a58070cfad3e01196659407c
SHA256: d1ed33f5ac9c1f8c39736799a2e5d5a121e538b6e78f2deec02af69bdc33616b
Operating systems: Windows 10
Extension: MUI

Translations messages and strings

If an error occurred or the following message in Dutch language and you cannot find a solution, than check answer in English. Table below helps to know how correctly this phrase sounds in English.

id Dutch English
10Energie besparen door de prestaties van uw computer, indien mogelijk, te verminderen Saves energy by reducing your computer’s performance where possible.
11Energiebesparing Power saver
12Nadruk op prestaties, maar gebruikt mogelijk meer energie Favors performance, but may use more energy.
13Hoge prestaties High performance
14Prestaties automatisch balanceren met energieverbruik op geschikte hardware Automatically balances performance with energy consumption on capable hardware.
15Gebalanceerd Balanced
16Energieschema dat wordt gebruikt als geen gebruikers op de computer zijn aangemeld Power plan used when there are no users logged into the system.
17Systeemenergieschema System power plan
50Geen actie ondernemen Do nothing
52Slaapstand Sleep
54Sluimerstand Hibernate
56Afsluiten Shut down
60Het beeldscherm uitschakelen na Turn off the display
62Beeldscherm inschakelen Turn on the display
80Seconden Seconds
81% %
82Milliseconden Milliseconds
83Microseconden Microseconds
84MB MB
85Minuten Minutes
86Statustype State Type
87MHz MHz
100De standaard types energieschema's in Windows zijn Gebalanceerd, Energiebesparing en Hoge prestaties. Deze drie types zijn ontworpen voor het balanceren van energiebesparing tijdens het leveren van prestaties op aanvraag, het maximaliseren van energiebesparing, of het maximaliseren van prestaties. Veel systeemonderdelen gebruiken het type energieschema om te bepalen of energiebesparingen of prestaties moeten worden geoptimaliseerd. The default Windows power plan types include Balanced, Power saver, and High performance. The three types are designed to balance power savings while providing performance on demand, maximize power savings, or maximize performance. Many system components use the power plan type to deciding whether to optimize power savings or performance.
101Type energieschema Power plan type
102Wachtwoord vereisen voor het ontgrendelen van de computer wanneer deze uit de slaapstand komt Require a password to unlock the computer when it wakes from sleep.
103Een wachtwoord vereisen bij uit slaapstand komen Require a password on wakeup
104Bepalen hoelang uw computer niet actief moet zijn voordat de slaapstand wordt ingeschakeld Specify how long your computer is inactive before going to sleep.
105Slaapstand na Sleep after
106Bepalen hoelang uw computer niet actief moet zijn voordat de sluimerstand wordt ingeschakeld Specify how long your computer is inactive before hibernating.
107Sluimerstand na Hibernate after
108Uw werk wordt opgeslagen en de computer wordt in een toestand van laag energieverbruik gezet, zodat u het werk bijna onmiddellijk kunt hervatten Allow Windows to save your work and enter a low-power state so that you can resume working almost immediately.
109Hybride slaapstand toestaan Allow hybrid sleep
110Systeem zal een voortgangsbalk weergeven tijdens de overgangen naar slaapstand Enables system to show a progress bar during transitions to sleep.
111Voortgangsbalk voor slaapstand inschakelen Enable Sleep Progress Bar
114Inschakelen On
116Uitschakelen Off
118Nee No
119Instellingen voor de slaapstand bepalen Specify sleep settings.
121Stand-by status kan worden gebruikt wanneer de computer in de slaapstand wordt gezet. Allow Windows to use the standby states when sleeping your computer.
122Stand-by status toestaan Allow Standby States
123Ja Yes
124Opgeven of de computer automatisch uit slaapstand kan komen door geplande gebeurtenissen. Specify if timed events should be allowed to wake the computer from sleep.
125Activeringstimers toestaan Allow wake timers
126Diepe slaap uitgeschakeld Deep Sleep Disabled
127Diepe slaap ingeschakeld Deep Sleep Enabled
128Tijd niet-actief voordat de computer na automatisch inschakelen terugkeert naar een slaapstand met laag energieverbruik. Idle timeout before the system returns to a low power sleep state after waking unattended.
129Time-out voor slaapstand na automatisch inschakelen System unattended sleep timeout
150Dit is het beleid voor het uitschakelen van apparaten terwijl het systeem actief is. Specifies the policy for devices powering down while the system is running.
151Beleid voor het inactief maken van apparaten Device idle policy
152Prestaties zijn belangrijker dan energiebesparing. Favor performance over power savings.
153Prestaties Performance
154Energiebesparing is belangrijker dan prestaties. Favor power savings over performance.
200Instellingen voor meldingen en alarmen voor de batterij configureren Configure notification and alarm settings for your battery.
201Batterij Battery
202De actie bepalen als het batterijniveau kritiek is Specify the action to take when the battery capacity reaches the critical level.
203Actie bij kritiek batterijniveau Critical battery action
204De actie van uw computer bepalen als de batterij bijna leeg is Specify the action that your computer takes when battery capacity reaches the low level.
205Actie bij laag batterijniveau Low battery action
206Actie bij derde alarm voor laag batterijniveau Third Low Battery Alarm Action
208Actie bij vierde alarm voor laag batterijniveau Fourth Low Battery Alarm Action
210Vlaggen en instellingen voor eerste alarm voor laag batterijniveau Flags and settings for first low battery alarm
211Vlaggen voor eerste alarm voor laag batterijniveau First low-battery alarm flags
212Bepalen of een melding wordt weergegeven als de batterij bijna leeg is Specify whether a notification is shown when the battery capacity reaches the low level.
213Melding voor laag batterijniveau Low battery notification
214Vlaggen en instellingen voor derde alarm voor laag batterijniveau Flags and settings for third low battery alarm
215Vlaggen voor derde alarm voor laag batterijniveau Third low-battery alarm flags
216Vlaggen en instellingen voor vierde alarm voor laag batterijniveau Flags and settings for fourth low battery alarm
217Vlaggen voor vierde alarm voor laag batterijniveau Fourth low-battery alarm flags
218Het resterende batterijniveau in procenten waarbij de actie bij een kritiek batterijniveau wordt gestart. Percentage of battery capacity remaining that initiates the critical battery action.
219Kritiek batterijniveau Critical battery level
220Het resterende batterijniveau in procenten waarbij de actie bij een laag batterijniveau wordt gestart. Percentage of battery capacity remaining that initiates the low battery action.
221Laag batterijniveau Low battery level
222Percentage resterende batterijcapaciteit voor het uitvoeren van de derde actie voor bijna lege batterij Percent battery power remaining when third low-power action should be taken.
223Derde alarmactie voor batterijniveau Third power trip point
224Percentage resterende batterijcapaciteit voor het uitvoeren van de vierde actie voor bijna lege batterij Percent battery power remaining when fourth low-power action should be taken.
225Vierde alarmactie voor batterijniveau Fourth power trip point
250Bepalen wat de computer doet als u het deksel sluit en op de aan/uit-knoppen drukt Specify what your computer does when you close the lid and press the power buttons.
251Aan/uit-knoppen en deksel Power buttons and lid
252De actie bepalen voor als u op de aan/uit-knop drukt Specify the action to take when you press the power button.
253Actie voor aan/uit-knop Power button action
254De actie bepalen voor als u op de slaapstandknop drukt Specify the action to take when you press the sleep button.
255Actie voor slaapstandknop Sleep button action
256De actie bepalen voor als u het deksel van uw draagbare computer sluit Specify the action that your computer takes when you close the lid on your mobile PC.
257Actie voor sluiten van deksel Lid close action
258De actie bepalen voor als u op de aan/uit-knop van het Startmenu klikt Specify the action to take when you press the Start menu power button.
259Aan/uit-knop van het Startmenu Start menu power button
260Geef de actie op die moet worden uitgevoerd als het deksel is geopend. Specify the action to take when the lid is opened.
261Actie deksel openen Lid open action
300Energiebeheerinstellingen voor de harde schijf bepalen Specify power management settings for your hard disk.
301Harde schijf Hard disk
302Bepalen hoelang de harde schijf niet actief moet zijn voordat deze wordt uitgezet Specify how long your hard drive is inactive before the disk turns off.
303Harde schijf uitzetten na Turn off hard disk after
304Het systeem mag de time-out voor uitzetten van de harde schijf wijzigen, gebaseerd op systeemgebruik en recente geschiedenis Allow the system to adapt the harddisk power down timeout based on system usage and recent history.
305Adaptieve time-out voor uitzetten inschakelen Enable adaptive powerdown timeout.
306De snelheid van de harde schijf wordt verminderd na een bepaalde periode van inactiviteit The harddisk may reduce its speed after the specified time of inactivity is detected.
307Time-out voor lage snelheid van de harde schijf Harddisk lowspeed timeout.
308Het systeem mag de time-out voor lage snelheid van de harde schijf wijzigen, gebaseerd op systeemgebruik en recente geschiedenis Allow the system to adapt the harddisk lowspeed timeout based on system usage and recent history.
309Adaptieve time-out voor lage snelheid Adaptive lowspeed timeout
310Activiteit op de schijf tot de opgegeven tijd negeren bij het bepalen of de schijf inactief is. Ignore a burst of disk activity up to the specified time when determining if the disk is idle.
311Periode waarin activiteit op schijf wordt genegeerd Hard disk burst ignore time
312Hiermee wordt het niveau van energieverbruik opgegeven dat niet mag worden overschreden door opslagapparaten. Specifies the the power consumption level storage devices should not exceed.
313Maximaal energieniveau Maximum Power Level
350Energiebeheerinstellingen voor de processor in uw computer bepalen Specify power management settings for your computer’s processor.
351Energiebeheer voor processor Processor power management
352Instellingen voor processorprestaties waarmee de prestaties van de processor (en het energieverbruik) worden verminderd als het systeem niet wordt gebruikt Processor performance settings which allow the system to lower processor performance (and power consumption) if the system is not doing any work.
353Instelling voor processorregeling Processor throttle setting.
354Alle energiebesparingen van de processor uitschakelen Disable any processor power savings.
356Hiermee wordt de maximale processorfrequentie verlaagd. De processor zal ongeacht de werkbelasting met een lagere frequentie werken, waardoor minder stroom wordt verbruikt. Lower the maximum frequency of the processor. Regardless of the workload demands, the processor will run at a reduced frequency, thus drawing less power.
357Maximale processorfrequentie verminderen Lower maximum processor frequency
358Hiermee wordt de maximale processorfrequentie adaptief verlaagd, gebaseerd op resterende levensduur van de batterij. De processor zal ongeacht de werkbelasting met een lagere frequentie werken, waardoor minder stroom wordt verbruikt. Adaptively lower the maximum processor frequency, based on remaining battery life. Regardless of the workload demands, the processor will run at a reduced frequency, thus drawing less power.
359De maximale processorfrequentie adaptief verminderen Adaptively lower the maximum processor frequency.
360Hiermee wordt de processorfrequentie adaptief verlaagd, gebaseerd op belasting. Met deze instelling wordt het energieverbruik van de processor significant verminderd, terwijl dit weinig invloed op de prestaties heeft. Adaptively adjust the processor frequency based on workload demands. This setting will significantly reduce power consumption of the processor, while have very little effect on performance.
361Processorfrequentie adaptief aanpassen Adaptively adjust processor frequency.
362De maximale prestatiestatus van de processor bepalen (in procenten) Specify the maximum performance state of your processor (in percentage).
363Maximale processorstatus Maximum processor state
364De minimale prestatiestatus van de processor bepalen (in procenten) Specify the minimum performance state of your processor (in percentage).
365Minimale processorstatus Minimum processor state
370De koelmethode voor uw systeem opgeven Specify the cooling mode for your system
371Koelbeleid voor systeem System cooling policy
372De processor vertragen voordat de ventilatorsnelheid wordt verhoogd Slow the processor before increasing fan speed
373Passief Passive
374De ventilatorsnelheid verhogen voordat de processor wordt vertraagd Increase fan speed before slowing the processor
375Actief Active
376De bovenste drempelwaarde voor processoractiviteit opgeven die moet zijn bereikt voordat de prestatiestatus van de processor wordt verhoogd (in procenten). Specify the upper busy threshold that must be met before increasing the processor's performance state (in percentage).
377Drempelwaarde voor verhogen prestatiestatus processor Processor performance increase threshold
378De onderste drempelwaarde voor processoractiviteit opgeven die moet zijn bereikt voordat de prestatiestatus van de processor wordt verlaagd (in procenten). Specify the lower busy threshold that must be met before decreasing the processor's performance state (in percentage).
379Drempelwaarde voor verlagen prestatiestatus processor Processor performance decrease threshold
380Naast de prestatiestatussen mogen ook vertraagde statussen voor processors worden gebruikt. Allow processors to use throttle states in addition to performance states.
381Vertraagde statussen toestaan Allow Throttle States
382De ideale prestatiestatus voor de processor selecteren. Select the ideal processor performance state.
383Ideaal Ideal
384De prestatiestatus van de processor selecteren die één niveau dichter bij de ideale status ligt dan de huidige prestatiestatus. Select the processor performance state one closer to ideal than the current processor performance state.
385Eén Single
386De hoogste prestatiestatus voor snelheid/energie van de processor selecteren. Select the highest speed/power processor performance state.
387Rocket Rocket
388De laagste prestatiestatus voor snelheid/energie van de processor selecteren. Select the lowest speed/power processor performance state.
390De algoritme opgeven die wordt gebruikt om een nieuwe prestatiestatus te selecteren, wanneer de ideale prestatiestatus hoger is dan de huidige prestatiestatus. Specify the algorithm used to select a new performance state when the ideal performance state is higher than the current performance state.
391Beleid voor verhogen prestatiestatus processor Processor performance increase policy
392De algoritme opgeven die wordt gebruikt om een nieuwe prestatiestatus te selecteren, wanneer de ideale prestatiestatus lager is dan de huidige prestatiestatus. Specify the algorithm used to select a new performance state when the ideal performance state is lower than the current performance state.
393Beleid voor verlagen prestatiestatus processor Processor performance decrease policy
394Opgeven hoeveel intervallen voor prestatiecontrole minimaal moeten zijn verstreken sinds de prestatiestatus voor het laatst is gewijzigd, voordat de prestatiestatus mag worden verhoogd. Specify the minimum number of perf check intervals since the last performance state change before the performance state may be increased.
395Tijd voor verhogen prestatiestatus processor Processor performance increase time
396Opgeven hoeveel intervallen voor prestatiecontrole minimaal moeten zijn verstreken sinds de prestatiestatus voor het laatst is gewijzigd, voordat de prestatiestatus mag worden verlaagd. Specify the minimum number of perf check intervals since the last performance state change before the performance state may be decreased.
397Tijd voor verlagen prestatiestatus processor Processor performance decrease time
398Opgeven hoeveel tijd moet zijn verstreken voordat prestatiestatussen van de processor en geparkeerde kernen opnieuw kunnen worden geëvalueerd (in milliseconden). Specify the amount that must expire before processor performance states and parked cores may be reevaluated (in milliseconds).
399Tijd van interval voor controle van prestatiestatus processor Processor performance time check interval
400Energiebeheerinstellingen voor uw beeldscherm bepalen Specify power management settings for your display.
401Beeldscherm Display
402Bepalen hoelang uw computer niet actief is voordat het beeldscherm wordt uitgeschakeld Specify how long your computer is inactive before your display turns off.
403Beeldscherm uitschakelen na Turn off display after
404Hiermee wordt langer gewacht totdat het beeldscherm wordt uitgeschakeld als u het beeldscherm herhaaldelijk inschakelt met het toetsenbord of de muis. Extends the time that Windows waits to turn off the display if you repeatedly turn on the display with the keyboard or mouse.
405Adaptief beeldscherm Adaptive display
406Opgeven hoelang uw computer niet actief is voordat het beeldscherm wordt gedimd. Specify how long your computer is inactive before your display dims.
407Beeldscherm dimmen na Dim display after
412Controleert omgevingslichtsensoren om wijzigingen in het omgevingslicht op te sporen en de helderheid van het beeldscherm aan te passen. Monitors ambient light sensors to detect changes in ambient light and adjust the display brightness.
413Adaptieve helderheid inschakelen Enable adaptive brightness
414Geeft de time-out aan voor het uitschakelen van het scherm van de consolevergrendeling Specifies console lock display off timeout
415Time-out voor het uitschakelen van het scherm van de consolevergrendeling Console lock display off timeout
510Beleid voor passief koelen op het systeem in- of uitschakelen Enable or disable passive cooling policy on the system.
511Passieve koelmethode Passive Cooling Mode
515Het normale helderheidsniveau van het beeldscherm bepalen Specify the normal brightness level of your display.
516Helderheid van het beeldscherm Display brightness
517De computer mag niet automatisch uit slaapstand komen door een geplande gebeurtenis. Do not allow Windows to wake from sleep on timed events.
519De computer mag automatisch uit slaapstand komen door geplande gebeurtenissen. Allow Windows to wake from sleep on timed events.
521Het helderheidsniveau van het gedimde beeldscherm bepalen. Specify the brightness level for when your display is dimmed.
522Helderheid van gedimd beeldscherm Dimmed display brightness
523Windows mag alleen uit de slaapstand komen voor belangrijke geplande gebeurtenissen. Allow Windows to wake from sleep only on important timed events.
524Alleen belangrijke activeringstimers Important Wake Timers Only
550Sluimerstand kan op uw computer worden ingeschakeld Allow away mode to be enabled for your computer
551Sluimerstandbeleid toestaan Allow Away Mode Policy
552Sluimerstand mag niet worden ingeschakeld Don't Allow away mode to be enabled
554Sluimerstand mag worden ingeschakeld Allow away mode to be enabled
560Programma's mogen voorkomen dat de computer automatisch in de slaapstand wordt gezet Allow programs to prevent machine from going to sleep automatically
561Beleid voor systeemgebruik toestaan Allow system required policy
562Programma's mogen niet voorkomen dat de computer automatisch in de slaapstand wordt gezet Don't allow programs to prevent machine from going to sleep automatically
566Programma's mogen voorkomen dat het beeldscherm automatisch wordt uitgeschakeld Allow programs to prevent display from turning off automatically
567Beleid voor beeldschermgebruik toestaan Allow display required policy
568Programma's mogen niet voorkomen dat het beeldscherm automatisch wordt uitgeschakeld Don't allow programs to prevent display from turning off automatically
600Energiebeheerinstellingen voor PCI Express PCI Express Power Management Settings
601PCI Express PCI Express
602Het beleid ASPM (Active State Power Management) bepalen dat moet worden gebruikt voor geschikte koppelingen als de koppeling niet actief is Specifies the Active State Power Management (ASPM) policy to use for capable links when the link is idle.
603Link State Power Management Link State Power Management
604ASPM (Active State Power Management) voor alle koppelingen uitschakelen Turn off ASPM for all links.
606Proberen om de status L0S te gebruiken als de koppeling niet actief is Attempt to use the L0S state when link is idle.
607Normale energiebesparing Moderate power savings
608Proberen om de status L1 te gebruiken als de koppeling niet actief is Attempt to use the L1 state when the link is idle.
609Maximale energiebesparing Maximum power savings
611Batterijen Batteries
700Opgeven of waarden voor het verhogen of verlagen van een niet-actieve status moeten worden aangepast op basis van de huidige prestatiestatus. Specify if idle state promotion and demotion values should be scaled based on the current performance state.
701Drempelwaarde aanpassen voor niet-actieve status processor Processor idle threshold scaling
702Opgeven of niet-actieve statussen mogen worden uitgeschakeld. Specify if idle states should be disabled.
703Beleid voor niet-actieve processorstatussen uitschakelen Processor idle disable
704Opgeven hoeveel tijd sinds de laatste verhoging of verlaging van een niet-actieve status moet zijn verstreken voordat een niet-actieve status opnieuw mag worden verhoogd of verlaagd (in microseconden). Specify the time that elapsed since the last idle state promotion or demotion before idle states may be promoted or demoted again (in microseconds).
705Tijd voor controle niet-actieve status processor Processor idle time check
706De bovenste drempelwaarde voor processoractiviteit opgeven die moet zijn bereikt voordat de niet-actieve status van de processor wordt verlaagd (in procenten). Specify the upper busy threshold that must be met before demoting the processor to a lighter idle state (in percentage).
707Drempelwaarde voor verlaging niet-actief-status van processor Processor idle demote threshold
708De onderste drempelwaarde voor processoractiviteit opgeven die moet zijn bereikt voordat de niet-actieve status van de processor wordt verhoogd (in procenten). Specify the lower busy threshold that must be met before promoting the processor to a deeper idle state (in percentage).
709Drempelwaarde voor verhoging niet-actief-status van processor Processor idle promote threshold
710Verlaging of verhoging van de niet-actieve status mag worden aangepast op basis van de huidige prestatiestatus. Enable scaling of idle state promotion and demotion values based on the current performance state.
711Aanpassen inschakelen Enable scaling
712Verlaging of verhoging van de niet-actieve status mag niet worden aangepast op basis van de huidige prestatiestatus. Disable scaling of idle state promotion and demotion values based on the current performance state.
713Aanpassen uitschakelen Disable scaling
714Niet-actieve statussen inschakelen. Enable idle states.
715Niet-actief inschakelen Enable idle
716Niet-actieve statussen uitschakelen. Disable idle states.
717Niet-actief uitschakelen Disable idle
718Tijd van controle-intervallen Time check intervals
719Geef op van hoeveel processoren de frequentie in het gunstigste geval kan toenemen boven de maximumwaarde (indien toegestaan volgens de huidige bewerkingsvoorwaarden). Specify how much processors may opportunistically increase frequency above maximum when allowed by current operating conditions.
720Beleid voor processorprestatieboost Processor performance boost policy
721Geef het aantal intervallen voor tijdcontrole van processorprestaties op om het gemiddelde gebruik te berekenen. Specify the number of processor performance time check intervals to use when calculating the average utility.
722Aantal geschiedenisitems voor processorprestaties Processor performance history count
723Geef de processorprestaties als reactie op de latentiegevoeligheidshints op. Specify the processor performance in response to latency sensitivity hints.
724Latentiegevoeligheidshints voor processorprestaties Latency sensitivity hint processor performance
725Uitgeschakeld Disabled
726Ingeschakeld Enabled
727Geef op hoe processoren een doelfrequentie kunnen selecteren als ze de mogelijkheid hebben om een frequentie te selecteren boven de maximumfrequentie bij de huidige bewerkingsvoorwaarden. Specify how processors select a target frequency when allowed to select above maximum frequency by current operating conditions.
728Versterkingsmodus voor processorprestaties Processor performance boost mode
729Selecteer geen doelfrequenties boven de maximumfrequentie. Don't select target frequencies above maximum frequency.
731Selecteer doelfrequenties boven de maximumfrequentie. Select target frequencies above maximum frequency.
733Altijd de hoogst mogelijke doelfrequentie boven de nominale frequentie selecteren. Always select the highest possible target frequency above nominal frequency.
734Agressief Aggressive
735Geef de diepste niet-actieve status op die door Hyper-V moet worden gebruikt. Specify the deepest idle state that should be used by Hyper-V.
736Maximum voor niet-actieve processortoestand Processor idle state maximum
737Doelfrequenties boven de maximumfrequentie selecteren als de hardware hier op efficiënte wijze ondersteuning voor biedt. Select target frequencies above maximum frequency if hardware supports doing so efficiently.
738Efficiënt, ingeschakeld Efficient Enabled
739Altijd de hoogst mogelijke doelfrequentie boven de nominale frequentie selecteren als de hardware hier op efficiënte wijze ondersteuning voor biedt. Always select the highest possible target frequency above nominal frequency if hardware supports doing so efficiently.
740Efficiënt, agressief Efficient Aggressive
741Automatisch vertraagde statussen gebruiken wanneer deze energie-efficiënt zijn. Automatically use throttle states when they are power efficient.
742Automatisch Automatic
743Altijd de hoogst mogelijke doelfrequentie boven de gegarandeerde frequentie selecteren. Always select the highest possible target frequency above guaranteed frequency.
744Agressief bij gegarandeerd Aggressive At Guaranteed
745Selecteer altijd de hoogst mogelijke doelfrequentie boven de gegarandeerde frequentie als de hardware hiervoor efficiënt ondersteuning biedt. Always select the highest possible target frequency above guaranteed frequency if hardware supports doing so efficiently.
746Efficiënt agressief bij gegarandeerd Efficient Aggressive At Guaranteed
747Selecteer de ideale prestatietoestand van de processor die is geoptimaliseerd voor reactietijd Select the ideal processor performance state optimized for responsiveness
748IdealAggressive IdealAggressive
750Ideaal aantal kernen Ideal number of cores
752Eén kern Single core
754Een achtste kernen One eighth cores
755Alle mogelijke kernen All possible cores
760Het aantal kernen/pakketten opgeven dat uit de parkeerstand wordt gehaald wanneer er meer kernen zijn vereist. Specify the number of cores/packages to unpark when more cores are required.
761Beleid voor verhogen van aantal niet-geparkeerde kernen Processor performance core parking increase policy
762Het aantal kernen/pakketten opgeven dat wordt geparkeerd wanneer er minder kernen zijn vereist. Specify the number of cores/packages to park when fewer cores are required.
763Beleid voor verlagen van aantal niet-geparkeerde kernen Processor performance core parking decrease policy
764Het maximaal toegestane aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten opgeven (in procenten). Specify the maximum number of unparked cores/packages allowed (in percentage).
765Maximum aantal niet-geparkeerde kernen Processor performance core parking max cores
766Het minimaal toegestane aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten opgeven (in procenten). Specify the minimum number of unparked cores/packages allowed (in percentage).
767Minimum aantal niet-geparkeerde kernen Processor performance core parking min cores
768Opgeven hoeveel intervallen voor prestatiecontrole er minimaal moeten zijn verstreken voordat meer kernen/pakketten uit parkeerstand kunnen worden gehaald. Specify the minimum number of perf check intervals that must elapse before more cores/packages can be unparked.
769Tijd voor het verhogen van het aantal niet-geparkeerde kernen Processor performance core parking increase time
770Opgeven hoeveel intervallen voor prestatiecontrole er minimaal moeten zijn verstreken voordat meer kernen/pakketten kunnen worden geparkeerd. Specify the minimum number of perf check intervals that must elapse before more cores/packages can be parked.
771Tijd voor het verlagen van het aantal niet-geparkeerde kernen Processor performance core parking decrease time
772Geef op of de engine voor geparkeerde kernen hulpprogramma's over processors moet verdelen. Specify whether the core parking engine should distribute utility across processors.
773Verdeling van het gebruik van geparkeerde kernen voor processorprestaties Processor performance core parking utility distribution
792De drempelwaarde voor processoractiviteit opgeven die moet zijn bereikt voordat het gebruik van een geparkeerde kern als overmatig wordt beschouwd (in procenten). Specify the busy threshold that must be met before a parked core is considered overutilized (in percentage).
793Drempelwaarde voor overmatig gebruik van geparkeerde kernen Processor performance core parking overutilization threshold
794Geef het minimum aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten op wanneer een latentiehint actief is (in procenten). Specify the minimum number of unparked cores/packages when a latency hint is active (in percentage).
795Latentiegevoeligheidshint voor minimum aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten Latency sensitivity hint min unparked cores/packages
796Geef de drempelwaarde voor bezet op waaraan moet worden voldaan bij het berekenen van de gelijktijdigheid van een knooppunt. Specify the busy threshold that must be met when calculating the concurrency of a node.
797Drempelwaarde voor de gelijktijdigheid van geparkeerde kernen Processor performance core parking concurrency threshold
798Geef de drempelwaarde voor processoractiviteit op waaraan moet worden voldaan voor alle kernen in een gelijktijdigheidsset om een extra kern uit de parkeerstand te halen. Specify the busy threshold that must be met by all cores in a concurrency set to unpark an extra core.
799Drempelwaarde voor het vergroten van de gelijktijdigheid van geparkeerde kernen Processor performance core parking concurrency headroom threshold
800Geef het verbruikspercentage op dat wordt gebruikt voor het berekenen van de gelijktijdigheid van de distributie (in procenten). Specify the percentage utilization used to calculate the distribution concurrency (in percentage).
801Drempelwaarde voor distributie van geparkeerde kernen Processor performance core parking distribution threshold
802Geen voorkeur No Preference
803Diepste prestatiestatus Deepest Performance State
804Lichtste prestatiestatus Lightest Performance State
805Geef op welke prestatiestatus een processor krijgt in de parkeerstand. Specify what performance state a processor enters when parked.
806Geparkeerde prestatiestatus van geparkeerde kernen voor processorprestaties Processor performance core parking parked performance state
807Opgeven of processors autonoom de status van hun doelprestaties mogen bepalen. Specify whether processors should autonomously determine their target performance state.
808Autonome modus voor processorprestaties Processor performance autonomous mode
809Status van doelprestaties bepalen via algoritmes van het besturingssysteem. Determine target performance state using operating system algorithms.
810Status van doelprestaties bepalen via autonome selectie. Determine target performance state using autonomous selection.
811Opgeven in welke mate processoren de voorkeur geven aan energiebesparing over prestaties tijdens het werken in de autonome modus. Specify how much processors should favor energy savings over performance when operating in autonomous mode.
812Voorkeurbeleid voor energieprestaties van processor Processor energy performance preference policy
813Opgeven welke tijdsduur in acht moet worden genomen voor CPU-gebruik in de autonome modus. Specify the time period over which to observe processor utilization when operating in autonomous mode.
814Venster voor autonome activiteiten van processor Processor autonomous activity window
815Geef op of de processor functiewisseling mag toepassen. Specify whether the processor may use duty cycling.
816Functiewisseling van processor Processor duty cycling
817Functiewisseling van processor niet toestaan Disallow processor duty cycling.
818Functiewisseling van processor toestaan. Allow processor duty cycling.
819Geef de maximale frequentie (bij benadering) van de processor op (in MHz) Specify the approximate maximum frequency of your processor (in MHz).
820Maximale processorfrequentie Maximum processor frequency
900Geforceerd afsluiten inschakelen voor knop- en klepacties Enable forced shutdown for button and lid actions
901Geforceerd afsluiten met knop/klep inschakelen Enable forced button/lid shutdown
1000Instellingen voor tolerantie bij niet-actief. Idle resiliency settings.
1001Tolerantie bij niet-actief Idle Resiliency
1002Geeft de timernauwkeurigheid aan van de tolerantie bij niet-actief van de processor Specifies Processor Idle Resiliency Timer Resolution
1003Timernauwkeurigheid van de tolerantie bij niet-actief van de processor Processor Idle Resiliency Timer Resolution
1004Geeft de time-out aan voor IO-samenvoeging Specifies IO coalescing timeout
1005Time-out IO-samenvoeging IO coalescing timeout
1006Geeft de time-out aan voor de energieaanvraag die voor de uitvoering is vereist Specifies Execution Required power request timeout
1007Time-out voor de energieaanvraag die voor de uitvoering is vereist Execution Required power request timeout
1008Geeft aan of Diepe slaap is ingeschakeld Specifies if Deep Sleep is Enabled
1009Diepe slaap ingeschakeld/uitgeschakeld Deep Sleep Enabled/Disabled
1100Instellingen voor aanwezigheidsbewust energiegedrag Presence Aware Power Behavior Settings
1101Aanwezigheidsbewust energiegedrag Presence Aware Power Behavior
1102Geeft de time-out aan voor de sensorinvoer bij aanwezigheid Specifies Sensor Input Presence Timeout
1103Time-out voor de sensorinvoer bij aanwezigheid Sensor Input Presence Timeout
1104Geeft de time-out aan voor niet-sensorinvoer bij aanwezigheid Specifies Non-sensor Input Presence Timeout
1105Time-out voor niet-sensorinvoer bij aanwezigheid Non-sensor Input Presence Timeout
1106Geeft de time-out aan voor het uitzetten van het beeldscherm met aanwezigheidssensor Specifies Sensor Presence Display Power Down Timeout
1107Time-out voor het uitzetten van het beeldscherm met aanwezigheidssensor Sensor Presence Display Power Down Timeout
1108Toestaan om aanwezigheidsbewust energiegedrag in of uit te schakelen Allow to enable/disable Sensor Presence Aware Power Behavior
1109Aanwezigheidsbewust energiegedrag toestaan Allow Sensor Presence Aware Power Behavior
1110Interrupt Steering-instellingen Interrupt Steering Settings
1112Interrupt Steering-modus Interrupt Steering Mode
1114Standaard Default
1116Route-interrupts naar Processor 0 Route interrupts to Processor 0
1117Processor 0 Processor 0
1118Route-interrupts naar willekeurige processor Route interrupts to any processor
1119Willekeurige processor Any processor
1120Route-interrupts naar willekeurige processor uit de parkeerstand met tijdsvertraging Route interrupts to any unparked processor with time delay
1121Willekeurige processor uit de parkeerstand met tijdsvertraging Any unparked processor with time delay
1122Route-interrupts naar willekeurige processor uit de parkeerstand Route interrupts to any unparked processor
1123Willekeurige processor uit de parkeerstand Any unparked processor
1124Doelbelasting voor elke processor Target Load for each Processor
1125Doelbelasting Target Load
1126Tienden van een procent Tenths of a percent
1127De tijdsduur dat een processor uit de parkeerstand moet blijven voordat er interrupts naar de processor worden verplaatst Time a processor must remain unparked before interrupts are moved onto it
1128Trigger tijdsduur uit parkeerstand Unparked time trigger
1130Interrupt-routing blokkeren Lock Interrupt Routing
1132Route-interrupts naar processor 1 Route interrupts to Processor 1
1133Processor 1 Processor 1
1140Geeft de status van de netwerkverbinding in de stand-bymodus aan. Specifies network connection state in Standby.
1141Netwerkconnectiviteit in de stand-bymodus Networking connectivity in Standby
1142Werken met een netwerk in de stand-bymodus inschakelen. Enable networking in Standby.
1144Werken met een netwerk in de stand-bymodus uitschakelen. Disable networking in Standby.
1146Hiermee wordt het netwerk tijdens stand-by uitgeschakeld wanneer het lid wordt gesloten. Disable networking in Standby if the lid is closed.
1147Uitschakelen bij sluiten deksel Disable on lid close
1150Hiermee wordt de niet-verbonden stand-bymodus opgegeven. Specifies the disconnected standby mode.
1151Niet-verbonden stand-bymodus Disconnected Standby Mode
1152Normaal Normal
1160Instellingen voor de energiebesparingsfunctie. Energy Saver settings.
1161Instellingen voor de energiebesparingsfunctie Energy Saver settings
1162Geeft aan bij welk oplaadniveau van de batterij de energiebesparingsfunctie wordt ingeschakeld. Specifies battery charge level at which Energy Saver is turned on.
1163Oplaadniveau Charge level
1164Percentage batterijlading Percent battery charge
1165Hiermee geeft u de percentagewaarde aan om helderheid te schalen wanneer energiebesparing is ingeschakeld. Specifies the percentage value to scale brightness when Energy Saver is on.
1166Mate van helderheid van het beeldscherm Display brightness weight
1170Modus voor aanwezigheidsvoorspelling gebruiker voor uw computer opgeven Specify User Presence Prediction mode for your computer
1171Modus voor aanwezigheidsvoorspelling gebruiker User Presence Prediction mode
1172Modus voor aanwezigheidsvoorspelling gebruiker uitschakelen. Disable User Presence Prediction mode.
1174Modus voor aanwezigheidsvoorspelling gebruiker inschakelen. Enable User Presence Prediction mode.
1180De respijtperiode die in acht wordt genomen voordat een aanpassing wordt doorgevoerd wanneer het stand-bybudget van het systeem is overschreden Specifies the grace period before taking an adaptive action when the system has exceeded its standby budget
1181Respijtperiode stand-bybudget Standby Budget Grace Period
1182Het percentage batterij per tijdseenheid dat door het systeem mag worden verbruikt in de stand-bystand Specifies percentage of battery per unit of time allowed to be consumed by the system while it is in standby
1183Percentage stand-bybudget Standby Budget Percent
1184De respijtperiode die in acht wordt genomen voordat een aanpassing wordt doorgevoerd wanneer de batterijlading is gedaald tot onder het percentage dat is opgegeven voor Reserveniveau voor batterijvoeding Specifies the grace period before taking an adaptive action when the system is below the reserve battery charge level
1185Respijtperiode stand-byreservevoeding Standby Reserve Grace Period
1186De minimale actieve gebruikstijd die is toegestaan voor het batterijoplaadniveau voordat een aanpassing wordt doorgevoerd Specifies the minimun active usage time that the battery charge level should allow before taking an adaptive action
1187Stand-bytijd reservevoeding Standby Reserve Time
1188Hiermee wordt het oplaadpercentage van de batterij bepaald, waarbij het adaptieve budget opnieuw wordt ingesteld Specifies percentage of battery charge which resets the adaptive budget
1189Percentage opnieuw instellen stand-by Standby Reset Percentage
1200Geef het aantal intervallen voor tijdcontrole van processorprestaties op om het gemiddelde gebruik te berekenen voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the number of processor performance time check intervals to use when calculating the average utility for Processor Power Efficiency Class 1.
1201Aantal geschiedenisitems voor processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance history count for Processor Power Efficiency Class 1
1202Geef de minimale prestatiestatus van uw processor met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors op (in procenten). Specify the minimum performance state of your Processor Power Efficiency Class 1 processor (in percentage).
1203Minimale processorstatus voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Minimum processor state for Processor Power Efficiency Class 1
1204Geef de maximale prestatiestatus van uw processor met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors op (in procenten). Specify the maximum performance state of your Processor Power Efficiency Class 1 processor (in percentage).
1205Maximale processorstatus voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Maximum processor state for Processor Power Efficiency Class 1
1206Opgeven hoeveel intervallen voor prestatiecontrole minimaal moeten zijn verstreken sinds de prestatiestatus voor het laatst is gewijzigd, voordat de prestatiestatus mag worden verlaagd voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the minimum number of perf check intervals since the last performance state change before the performance state may be decreased for Processor Power Efficiency Class 1.
1207Tijd voor verlagen van processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance decrease time for Processor Power Efficiency Class 1
1208Geef op hoeveel intervallen voor prestatiecontrole minimaal moeten zijn verstreken sinds de prestatiestatus voor het laatst is gewijzigd, voordat de prestatiestatus mag worden verhoogd voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the minimum number of perf check intervals since the last performance state change before the performance state may be increased for Processor Power Efficiency Class 1.
1209Tijd voor verhogen van processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance increase time for Processor Power Efficiency Class 1
1210Geef de algoritme op die wordt gebruikt om een nieuwe prestatiestatus te selecteren wanneer de ideale prestatiestatus lager is dan de huidige prestatiestatus voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the algorithm used to select a new performance state when the ideal performance state is lower than the current performance state for Processor Power Efficiency Class 1.
1211Beleid voor verlagen van processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance decrease policy for Processor Power Efficiency Class 1
1212De algoritme opgeven die wordt gebruikt om een nieuwe prestatiestatus te selecteren, wanneer de ideale prestatiestatus hoger is dan de huidige prestatiestatus voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the algorithm used to select a new performance state when the ideal performance state is higher than the current performance state for Processor Power Efficiency Class 1.
1213Beleid voor verhogen van processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance increase policy for Processor Power Efficiency Class 1
1214De onderste drempelwaarde voor processoractiviteit opgeven die moet zijn bereikt voordat de prestatiestatus van de processor wordt verlaagd (in procenten) voor de energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the lower busy threshold that must be met before decreasing the processor's performance state (in percentage) for Processor Power Efficiency Class 1.
1215Drempelwaarde voor verlaagd prestatieniveau van de processor voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance decrease threshold for Processor Power Efficiency Class 1
1216Geef de bovenste drempelwaarde voor processoractiviteit op die moet zijn bereikt voordat de prestatiestatus van de processor wordt verhoogd (in procenten) voor de energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the upper busy threshold that must be met before increasing the processor's performance state (in percentage) for Processor Power Efficiency Class 1.
1217Drempelwaarde voor verhoogd prestatieniveau van de processor voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance increase threshold for Processor Power Efficiency Class 1
1218Geef de processorprestaties op als reactie op de latentiegevoeligheidshints voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Specify the processor performance in response to latency sensitivity hints for Processor Power Efficiency Class 1.
1219Latentiegevoeligheidshint voor processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Latency sensitivity hint processor performance for Processor Power Efficiency Class 1
1220Geef het minimum aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten op wanneer een latentiehint actief is voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors (in procenten). Specify the minimum number of unparked cores/packages when a latency hint is active for Processor Power Efficiency Class 1 (in percentage).
1221Latentiegevoeligheidshint voor minimum aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Latency sensitivity hint min unparked cores/packages for Processor Power Efficiency Class 1
1222Geef op welke prestatiestatus een energie-efficiëntieklasse 1 voor processors krijgt in de parkeerstand. Specify what performance state a Processor Power Efficiency Class 1 processor enters when parked.
1223Geparkeerde prestatiestatus van geparkeerde kernen voor processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance core parking parked performance state for Processor Power Efficiency Class 1
1224Het minimaal toegestane aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten opgeven voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors (in procenten). Specify the minimum number of unparked cores/packages allowed for Processor Power Efficiency Class 1 (in percentage).
1225Minimumaantal niet-geparkeerde kernen voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance core parking min cores for Processor Power Efficiency Class 1
1226Het maximaal toegestane aantal uit de parkeerstand gehaalde kernen/pakketten opgeven voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors (in procenten). Specify the maximum number of unparked cores/packages allowed for Processor Power Efficiency Class 1 (in percentage).
1227Maximum aantal geparkeerde kernen voor processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance core parking max cores for Processor Power Efficiency Class 1
1229Tijd voor verlagen processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance decrease time for Processor Power Efficiency Class 1
1232Hiermee geeft u de drempelwaarde voor verlaagd prestatieniveau op waarop het aantal processors met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors wordt verlaagd (in eenheden van processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 0 voor processors). Specifies the performance level decrease threshold at which the Processor Power Efficiency Class 1 processor count is decreased (in units of Processor Power Efficiency Class 0 processor performance).
1233Drempelwaarde voor verlaagd prestatieniveau bij een kleiner aantal processors met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance level decrease threshold for Processor Power Efficiency Class 1 processor count decrease
1234Hiermee geeft u de drempelwaarde voor verhoogd prestatieniveau op waarop het aantal processors met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors wordt verhoogd (in eenheden van processorprestaties voor energie-efficiëntieklasse 0 voor processors). Specifies the performance level increase threshold at which the Processor Power Efficiency Class 1 processor count is increased (in units of Processor Power Efficiency Class 0 processor performance).
1235Drempelwaarde voor verhoogd prestatieniveau bij een groter aantal processors van energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Processor performance level increase threshold for Processor Power Efficiency Class 1 processor count increase
1236Wijziging van de drempelwaarde voor het prestatieniveau van processors (ten opzichte van het prestatieniveau voor energie-efficiëntieklasse 0 voor processors) bij een gewijzigd aantal processors met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Processor performance level threshold change for Processor Power Efficiency Class 1 processor count change relative to Processor Power Efficiency Class 0 performance level.
1237Wijziging van de drempelwaarde voor het prestatieniveau van processors bij een gewijzigd aantal processors met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors. Processor performance level threshold change for Processor Power Efficiency Class 1 processor count change
1238Minimale prestatiestatus voor energie-efficiëntieklasse 0 voor processors wanneer energie-efficiëntieklasse 1 voor processors uit de parkeerstand wordt gehaald. Performance state floor for Processor Power Efficiency Class 0 when Processor Power Efficiency Class 1 is woken from a parked state.
1239Minimumprestaties voor energie-efficiëntieklasse 0 voor processors wanneer processors met energie-efficiëntieklasse 1 voor processors uit de parkeerstand zijn gehaald A floor performance for Processor Power Efficiency Class 0 when there are Processor Power Efficiency Class 1 processors unparked
1240Initiële prestatiestatus voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors wanneer deze uit de parkeerstand wordt gehaald. Initial performance state for Processor Power Efficiency Class 1 when woken from a parked state.
1241Initiële prestatieniveau voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors wanneer deze uit de parkeerstand wordt gehaald Initial performance for Processor Power Efficiency Class 1 when unparked
1242Geef de maximale frequentie (bij benadering) van uw processor met energie-efficiëntieklasse 1 op (in MHz). Specify the approximate maximum frequency of your Processor Power Efficiency Class 1 processor (in MHz).
1243Maximale processorfrequentie voor energie-efficiëntieklasse 1 voor processors Maximum processor frequency for Processor Power Efficiency Class 1
1250Geef op welk beleid moet worden gebruikt voor systemen met ten minste twee verschillende energie-efficiëntieklassen voor processors. Specify what policy to be used on systems with at least two different Processor Power Efficiency Classes.
1251Heterogeen beleid van kracht Heterogeneous policy in effect
1252Heterogeen beleid 0. Heterogeneous policy 0.
1253Gebruik heterogeen beleid 0 Use heterogeneous policy 0
1254Heterogeen beleid 1. Heterogeneous policy 1.
1255Gebruik heterogeen beleid 1 Use heterogeneous policy 1
1256Heterogeen beleid 2. Heterogeneous policy 2.
1257Gebruik heterogeen beleid 2 Use heterogeneous policy 2
1258Heterogeen beleid 3. Heterogeneous policy 3.
1259Gebruik heterogeen beleid 3 Use heterogeneous policy 3
1260Heterogeen beleid 4. Heterogeneous policy 4.
1261Gebruik heterogeen beleid 4 Use heterogeneous policy 4
1300Het beleid dat de werking van de energiebesparingsfunctie bepaalt. Specifies the policy to control Energy Saver.
1301Beleid energiebesparingsfunctie Energy Saver Policy
1302De werking van de energiebesparingsfunctie bepalen op basis van de gebruikersinstellingen. Engage Energy Saver based on user settings.
1303Gebruiker User
1304Windows toestaan om de energiebesparingsfunctie agressief in te schakelen. Allow Windows to engage Energy Saver aggressively.
1400Voorkeur voor prestatie in plaats van energiebesparing. Favor performance instead of energy savings.
1401Hoge prestaties-overlay High Performance Overlay
1402Maximaliseer bias richting prestaties in plaats van naar energiebesparing. Maximize bias towards performance instead of energy savings.
1403Maximale prestaties-overlay Max Performance Overlay
0x30000000Info Info
0x50000004Informatie Information
0xD0000001Temperatuur Temperature
0xD0000002Spanning Current
0xD0000003Voltage Voltage
0xD0000004Stroom Power
0xD0000005Niet opgegeven Unspecified

EXIF

File Name:powrprof.dll.mui
Directory:%WINDIR%\WinSxS\amd64_microsoft-windows-u..anagement.resources_31bf3856ad364e35_10.0.15063.0_nl-nl_cf62c02dec427a49\
File Size:64 kB
File Permissions:rw-rw-rw-
File Type:Win32 DLL
File Type Extension:dll
MIME Type:application/octet-stream
Machine Type:Intel 386 or later, and compatibles
Time Stamp:0000:00:00 00:00:00
PE Type:PE32
Linker Version:14.10
Code Size:0
Initialized Data Size:65536
Uninitialized Data Size:0
Entry Point:0x0000
OS Version:10.0
Image Version:10.0
Subsystem Version:6.0
Subsystem:Windows GUI
File Version Number:10.0.15063.0
Product Version Number:10.0.15063.0
File Flags Mask:0x003f
File Flags:(none)
File OS:Windows NT 32-bit
Object File Type:Dynamic link library
File Subtype:0
Language Code:Dutch
Character Set:Unicode
Company Name:Microsoft Corporation
File Description:Helper-DLL-bestand voor energieprofiel
File Version:10.0.15063.0 (WinBuild.160101.0800)
Internal Name:POWRPROF
Legal Copyright:© Microsoft Corporation. Alle rechten voorbehouden.
Original File Name:POWRPROF.DLL.MUI
Product Name:Besturingssysteem Microsoft® Windows®
Product Version:10.0.15063.0
Directory:%WINDIR%\WinSxS\wow64_microsoft-windows-u..anagement.resources_31bf3856ad364e35_10.0.15063.0_nl-nl_d9b76a8020a33c44\

What is powrprof.dll.mui?

powrprof.dll.mui is Multilingual User Interface resource file that contain Dutch language for file powrprof.dll (Helper-DLL-bestand voor energieprofiel).

File version info

File Description:Helper-DLL-bestand voor energieprofiel
File Version:10.0.15063.0 (WinBuild.160101.0800)
Company Name:Microsoft Corporation
Internal Name:POWRPROF
Legal Copyright:© Microsoft Corporation. Alle rechten voorbehouden.
Original Filename:POWRPROF.DLL.MUI
Product Name:Besturingssysteem Microsoft® Windows®
Product Version:10.0.15063.0
Translation:0x413, 1200